Doorgaan naar hoofdcontent

Foodfestivals

De laatste jaren is het aantal Foodfestivals enorm toegenomen in Nederland. 2016 lijkt de definitieve doorbraak te zijn van deze festivals. Vele steden organiseren deze openlucht restaurants. De Foodfestivals beslaan een groot terrein met tafels en stoelen met eromheen foodtrucks. De bezoekers kopen muntjes bij een kassa en kunnen tegen inlevering van deze muntjes eten en drinken kopen bij de foodtrucks. Het geheel wordt meestal muzikaal ondersteund door een DJ of een band.

Behalve dat de foodtrucks op Foodfestivals staan, vind je ze ook vaak bij evenementen. Stonden er in het verleden slechts een friettent en een ijskar, tegenwoordig vind je er bijzonder uitgedoste trucks die al een bezienswaardigheid op zich zijn. Elke foodtruck heeft zijn eigen keuken, van Spaans tot Indonesisch en van Hollands tot Italiaans.





















Sommige trucks verkopen heerlijke delicatessen en zijn traiteur-waardig. Behalve de traditionele friet en ijs zijn er crêpes, poffertjes, bitterballen van risotto, vegaburgers en smoothies. En ik kwam zelfs een truck tegen waar je gefrituurde krekel kon eten.

Ik was dit jaar op het Concours d'Elégance en bij de proloog van de Giro. Bij beide evenementen waren de foodtrucks goed vertegenwoordigd.






De foodfestivals hebben klinkende namen als Lepeltje Lepeltje, Eten op Rolletjes, Rrrrrrollend, Trek en de Keukenkaravaan. Sommige foodfestivals trekken van stad naar stad, zoals Lepeltje Lepeltje, andere zijn slechts aan één stad verbonden.

De foodtrucks hebben ludieke namen als De Melkbus, CarBeque, de Knul van Smul, Hemelse poffertjes en Bij Keet. Vaak zijn het echte oltimers zoals oude Citroëns. En hoe leuk is is dat je vis of vlees gegrild wordt op de achterklep van een Amerikaanse oldtimer.

Ik was in Apeldoorn bij de Keukenkaravaan en Lepeltje Lepeltje en in Deventer bij Eten op Rolletjes.

Wie nog een Foodfestival wil bezoeken in Apeldoorn kan van 9 - 11 september terecht bij de Nettenfabriek naast het Centraal station. Hier vindt Het Gouden Lepel Festival plaats.

Populaire posts van deze blog

Route 62

Amerika heeft Route 66, die dwars door de VS loopt van Chicago naar Los Angeles. Ook Zuid-Afrika heeft zijn eigen Route: Route 62. Dit is de langste wijnroute van de wereld die loopt van Kaapstad naar Port Elizabeth. Wijngaarden Route 62 is de alternatieve route voor de N2 tussen Kaapstad en Port Elizabeth. De schilderachtige route slingert door vele landschappen van de Oost- en Westkaap. Onderweg rijd je door wijnvelden van o.a. Robertson, de fruitgaarden van Barrydale, de Karoo woestijn, langs mooie plaatsjes, watervallen en bergpassen. Swartberg-pas Calitzdorp is bekend om haar port, Montagu om zijn Muscadel. Montagu heeft daarnaast ook heetwaterbronnen. Oudtshoorn is dé struisvogel hoofdstad. Bekende passen en kloven zijn de Cogmanskloof en de Swartbergpas. Route 62 - Zuid-Afrika Bijzondere stops langs de route zijn  Ronnie's sex shop   en Diesel and Creme Route 62 Zuid-Afrika

Mosterdstad Doesburg

Doesburg is vooral beroemd om haar mosterd. Maar daarnaast geniet Doesburg als een van de weinige steden van Nederland grote bekendheid vanwege haar gerestaureerde binnenstad en vestingwerken. En, gelegen aan de IJssel en Oude IJssel, is deze Hanzestad ook een stad aan het water. Deze drie kenmerken maken Doesburg aantrekkelijk en het zeer de moeite waard om het stadje met een bezoekje te vereren. Het stratenpatroon is nog dezelfde als in de Middeleeuwen en daarom heeft het historische stadje sinds 1974 een beschermd stadsgezicht. Op een oppervlakte van een vierkante kilometer staan vele oude en gerestaureerde huizen en monumentale gebouwen. Doesburg De beste manier om Doesburg te ontdekken is met een stadswandeling. De wandeling is in een half uur te doen, maar wie bezoekjes wil brengen aan musea, kerken en kloosters moet rekenen op een halve dag. Een goed beginpunt is de Waag. Hierin is Stadsbierhuys De Waag gevestigd. Dit café restaurant is het oudste café en behoort tot de be

Gambiaanse gewoonten

In november 2013 was ik met mijn vriendin in Gambia en maakte ik kennis met de gewoonten en (eigen)aardige gebruiken van de 'Smiling Coast van Afrika' zoals dit West-Afrikaanse land genoemd wordt. Via een kennis, die eerder in het jaar in Gambia was, had ik de naam van een betrouwbare gids doorgekregen. Hij werkte bij een lokaal reisbureau, gevestigd voor het hotel waar we verbleven. Het kantoortje, dat er niet erg uitnodigend uitzag, bestond uit vier muren van klei, met twee ingangen waarin geen deur zat en een laaghangend rieten dak. Aangekomen bij het reisbureau kwam er direct een man op ons af. Hij stelde zich voor als Lamin. Ah, dat was toevallig, dat was de naam die ik doorgekregen had van mijn kennis. Bijzonder dat we direct de juiste persoon hadden. Ik haalde nog even voor de zekerheid de opgeschreven naam erbij: Andy Lamin Sanneh stond er. Ik liet hem het briefje zien en vroeg of hij dit was. 'It's not me', zei hij. We moesten zijn collega hebben die ook La